Verschillende wandelsokken
Gebruik altijd de juiste sokken!
Gebruik maken van goede sokken is erg belangrijk bij het hiken. Schoenen zijn namelijk een grote investering, de sokken die je in je schoenen draagt, zouden niet je schoenen teniet moeten doen. Bij de aanschaf van schoenen is het dus aangeraden om bijpassende goede sokken te kopen. Deze sokken zijn dikker aan de onderkant gemaakt om je goede comfort en ook ventilatie te kunnen bieden tijdens het lopen. Deze sokken helpen je namelijk tevens bij het voorkomen van de vorming van blaren, waardoor een looptocht al snel verpest kan zijn.
Met wandelsokken voorkom je blaren
Tijdens het passen van de schoenen is het aangeraden om de passende sokken te dragen, zo weet je of je voeten in de schoenen zullen gaan schuiven. Is dit wel het geval? Dan is de kans groot dat er blaren ontstaan bij welke looptocht dan ook. De huid wordt hierbij constant van de ene naar de andere kant geschoven. Dit, en/of de combinatie van vocht en warmte in je schoenen kunnen blaren vormen.
Wil je dit voorkomen, dan raden wij je aan om goed passende schoenen met bijbehorende goede sokken te kopen. Is het kwaad al geschied en heb je een blaar? Gebruik dan Care Plus blarenpleisters. Hierbij wordt een harde laag gecreëerd over de zere plek waardoor deze niet meer in contact kan komen met je schoen. Bij het goed aanbrengen van deze laag mag je verwachten dat je weer enkele dagen vooruit komt zonder er last van te hebben.
Welke soort sok past bij welke schoen?
Globaal gezien zijn er twee verschillende soorten wandelsokken. Dikke en dunne. Het is belangrijk om bij de aanschaf van wandelsokken goed te kijken naar welke schoenen je hebt. Heb je een schoen uit de categorie A of A/B, dan kies je voor een dunne sok. Deze schoenen zijn flexibel en hebben zolen met een goede demping. Een andere reden is dat je deze schoenen veelal in warme omstandigheden draagt. Hierdoor heb je een sok nodig die goed vocht transporteert zonder extra warmte te geven.
Heb je een schoen uit de categorie B, C of D? Dan kies je voor een dikke sok. Een dikkere sok geeft over het algemeen veel meer demping. Deze schoenen zijn redelijk tot zeer stijf en hebben vrijwel geen demping. Dikke sokken vangen dit voor je voeten op. Naast een goed vochttransport geven deze dikkere sokken ook extra isolatie voor de koude omstandigheden.
Je kunt natuurlijk ook dunne sokken in zwaardere schoenen dragen of andersom, maar dan moet je uitproberen of het gaat en comfortabel blijft met lopen. Wandelsokken zijn zeer persoonlijk. Het is verstandig dat, wanneer je nieuwe aanschaft, je deze van te voren past met je eigen wandelschoenen aan. Ga je nieuwe wandelschoenen aanschaffen, dan raden wij aan deze ook van te voren te passen met de juiste wandelsokken.
Pasvorm
De betere wandelsokken van deze tijd zijn anatomisch gevormd. Vaak ook te herkennen aan de L op de linker sok en de R op de rechter sok. Omdat deze sokken beter de vorm van je voet volgen, is er een veel kleinere kans dat deze dubbel komt te zitten of dat je gaat schuiven in je wandelschoen.
De kans op blaren en andere irritaties van je voeten worden nog minder doordat fabrikanten de wandelsokken zo maken dat er geen naden bij komen kijken. Er is in de sok één naad aan de bovenkant van de tenen en deze is met de hand dichtgestikt om drukpunten te voorkomen. Verder zijn bij alle wandelsokken de tenen en hiel verstevigd doordat ze dubbelgebreid zijn. Ook heeft de bal van de voet een extra pols en daardoor extra demping meegekregen.
Merino wol
Merino wol is in vergelijking tot normale wol een stuk steviger. Op een merinoschaap groeien per vierkante centimeter tien keer zoveel haartjes dan bij een normaal schaap. Hierdoor heeft het een fijnere structuur. Merino wol zorgt ook dankzij die kleine haartje voor een zeer goed vochttransport. Dit houdt in dat zweet goed wordt opgenomen door de wol. Merino wol wandelsokken hebben ook een antibacteriele behandeling meegekregen waardoor deze minder goed geurtjes opnemen, ideaal dus voor sokken.
Een van de grootste voordelen van het merino wol is dat door de kleine haartjes je geen kriebls krijgt zoals bij normaal wol. Ook wordt een merino schaap maar één maal in zijn leven geschoren waardoor je hele lange vezels hebt en dus weinig vezeluiteinden die jeuk veroorzaken.
